Inleiding
‘Waarom is het haar van papa grijs?’. ‘Waarom zijn er muggen?’. Dit zijn voor jou als opvoeder ongetwijfeld herkenbare vragen. Sterker nog, het zou zomaar kunnen dat jouw kind rondom het ontbijt al 50 soortgelijke vragen heeft gesteld, terwijl jij je koffie aan het pakken bent om wakker te worden. Vragen stellen, dat kunnen kinderen wel. Soms in onze beleving of vanuit onze emotie, te veel. Maar hoe zit het omgekeerd?
Kunnen kinderen met hetzelfde gemak als dat ze vragen stellen, antwoord geven op vragen. Vaak vinden kinderen dat een stuk moeilijker. In dit artikel geven wij een aantal tips hoe wij ze als leerkracht, trainer of ouder kunnen helpen.
Waarom is antwoord geven moeilijk?
Kinderen stellen gemiddeld zo’n 300 vragen per dag. Op deze manier ontdekken zij de wereld en onbewust zijn ze bezig met hun taalontwikkeling en woordenschat. Naast deze belangrijke zaken stellen zij vragen om hun fantasie en nieuwsgierigheid te prikkelen en levendig te houden.
Het gemak waarmee ze vragen stellen, hebben ze niet per definitie bij het beantwoorden van vragen. Kinderen vinden het soms moeilijk om antwoord te geven op een vraag. Dat kan doordat het 1) soms nog een beperkte woordenschat heeft en 2) het teruggeven van de geordende kennis moeilijk vindt terug te geven. Het komt ook regelmatig voor dat 3) een kind krijgt te weinig tijd om een antwoord te vinden op een vraag. Ten slotte kan 4) een vraag ook gewoon te lastig zijn om te beantwoorden. Ik bedoel: waarom zijn er muggen?
Laten we eens ingaan op nummer drie: tijd.
Wist je dat je een kind het beste 7-8 seconde de tijd kunt geven om antwoord te geven op een vraag. Klinkt kort, maar dat blijkt in de praktijk best lang aan te voelen. Pak je stopwatch er voor de gein eens bij als je een vraag stelt aan iemand. Wij stonden versteld van hoe lang dat lijkt te voelen als je op een antwoord wacht. Als leerkracht of trainer wil je graag snel door. Er moet veel informatie overgebracht worden en dat kan voor een gehaast gevoel zorgen.
Toch is het belangrijk om die stilte en ‘wachttijd’ te omarmen, want dit betekent dat het brein van het kind hard aan het werk is om woorden en kennis of emoties op te halen en te ordenen.
Probeer daarnaast te bedenken dat, terwijl een leerling 8 seconden nadenkt over een vraag, de rest van de leerlingen die tijd ook krijgt. Zij kunnen rustig en veilig voor zichzelf na denken over dezelfde vraag. Bij een gesloten vraag is dat niet zo nodig, dat zie je vaak wel aan de verveelde blikken van leerlingen als ze moeten wachten op het antwoord van hun medeleerling.
Kies je echter voor prikkelende vragen in een uitdagende vorm, hallo bal, dan zul je merken dat dat die verveelde blik plaats maakt voor enthousiasme. De vragen op onze ballen zijn niet met een antwoord te beantwoorden. Je kunt ze 100 keer stellen en 100 verschillende antwoorden krijgen.
Sterker nog, de vragen op de ballen zijn zo uitdagend, dat kinderen het vaak fijn vinden om ook voorbeelden van andere kinderen te horen en de gelegenheid krijgen om rustig na te denken over hun antwoord. Jij als leerkracht/ trainer/ ouder kunt daarbij ook als voorbeeld dienen. Dat is naast heel nuttig voor de leerlingen, ook heel nuttig voor jezelf. Je beseft dan namelijk dat het best lastig is om antwoord te geven op de vragen en dat je daar best even wat tijd voor nodig hebt.
Meer weten hierover?:
Dit artikel van The Telegraph wat verscheen in maart 2013, verteld dat kinderen tot ongeveer 300 vragen per dag stellen. En in dit artikel in The Independent wat verscheen in december 2017, stellen de auteurs dat kinderen 73 niet te beantwoorden vragen per dag stellen (gebaseerd op onderzoek van dr. Mass, niet gepubliceerd).
Reactie plaatsen
Reacties